Vraag

Zijn wij als instelling verantwoordelijk voor online gedrag en mediagebruik van een cliënt? En waar houdt onze verantwoordelijkheid op?

Antwoord

Hier is geen eenduidig antwoord op. In de basis is ieder mens verantwoordelijk voor wat hij of zij zelf online doet. Maar je verantwoordelijkheid in de zorg voor een cliënt met een verstandelijke beperking houdt eigenlijk nooit op. Dus hier hoort mediagebruik ook bij. Voor jou als medewerker of organisatie houdt de verantwoordelijkheid pas op wanneer de cliënt overgedragen wordt aan een andere organisatie of uit de zorg gaat. 

 

Als instelling of begeleider zorg je voor het welzijn van de cliënt. Hierbij is het nodig om altijd bewust te kunnen onderbouwen en verantwoorden wat je wel en niet doet in de begeleiding van het mediagebruik. Een deel van de verantwoordelijkheid daarbij bestaat bijvoorbeeld uit voorlichting geven, samen online stappen maken en alert zijn op risicosignalen. Hierbij maak je als team samen een inschatting over de mogelijke valkuilen en risico’s voor een cliënt. Je weegt af hoe je dit voorkomt, maar ook wat je doet als zich toch een incident voordoet. 

 

Hoeveel verantwoordelijkheid je hier als instelling of begeleider precies in draagt, verschilt per individu. Dit is bijvoorbeeld afhankelijk van het ontwikkelingsniveau van de cliënt. 

 

De vraag is altijd: wat heeft de cliënt precies nodig? Sommige cliënten kunnen met de juiste begeleiding en afspraken veel zelfstandig doen online. Dit biedt ze allerlei kansen in het leven en ze beleven hier plezier aan. Terwijl andere cliënten soms tegen hun eigen valkuilen beschermd moeten worden. In uiterste gevallen kan een cliënt via de Wet zorg en Dwang bijvoorbeeld tijdelijk van het internet afgesloten worden als dit hem teveel gevaar oplevert. 

 

In de zorg voor een cliënt blijf je als instelling of begeleider altijd kijken naar wat je cliënt op dit moment kan en wil. Dit kan van tijd tot tijd verschillen en waarschijnlijk ben je hiermee dus nooit klaar. Mediagebruik blijft een terugkerend onderwerp om aandacht aan te besteden. Ook cliënten die aangeven geen begeleidingen nodig te hebben of te willen bij mediagebruik, hebben dat soms juist wel nodig. Dit vergt een niet-oordelende, nieuwsgierige houding, waarbij je als begeleider altijd contact blijft houden over dit onderwerp. 

 

Checkvragen

1 Waar vind je zelf dat je verantwoordelijkheid als begeleider of organisatie ophoudt?

2 Kun je bewust onderbouwen wat je precies wel en niet doet in de mediabegeleiding van de cliënt?

3 Geef je voorlichting, maak je samen online stappen en let je op risicosignalen?

4 Heb je een inschatting gemaakt over de online valkuilen en risico’s voor de cliënt?

5 Hoe voorkom je de risico’s waar deze cliënt mee te maken heeft?

6 Heb je duidelijk voor ogen wat je precies doet als zich een incident voordoet?

7 Neem je de ontwikkelingsleeftijd en behoeften van je cliënt mee in de afweging over verantwoordelijkheid rond mediagebruik?

8 Kan je cliënt ook zelfstandig dingen online doen?

9 Moet je je cliënt soms tegen zichzelf in bescherming nemen? 

10 Hou je altijd contact met de cliënt over dit onderwerp?